Londen 1929 Net als iedere andere donderdagavond is Poirot te vinden in Pleasants, zijn favoriete koffiehuis. Omdat de serveersters niet weten dat hij de wereldberoemde detective is kan hij in alle rust genieten van zijn maaltijd.
Maar als er een vrouw binnen komt die duidelijk erg nerveus en geschrokken is, maakt hij zich bekend en biedt haar hulp aan. De vrouw heet Jenny en is doodsbang. Ze vertelt Poirot dat ze niet meer weg wil lopen voor wat haar te wachten staat. Jenny heeft geaccepteerd ze eigenlijk al dood is, ze verdient de dood zegt ze zelfs.
Oud en vertrouwd in een nieuw aantrekkelijk jasje
Voor ze weg vlucht smeekt ze Poirot om geen onderzoek te verrichten in het geval van haar dood. En ook zeker geen contact te zoeken met de politie. Poirot blijft verbaasd en geïntrigeerd achter.
Wanneer later die nacht drie mensen dood worden aangetroffen in een chic Londens hotel vermoedt hij dat dit met Jenny te maken heeft. Poirot gaat op onderzoek uit en ontdekt dat de moordenaar drie sinistere aanwijzingen heeft achter gelaten: een manchetknoop met initialen in de mond van ieder slachtoffer.
Poirot en de politie staan voor een ingenieus raadsel dat alleen kan worden opgelost door de vermaarde 'kleine grijze cellen' van de Belgische detective Hercule Poirot.
Oud en vertrouwd in een nieuw aantrekkelijk jasje
Het is een compliment waard dat auteur Sophie Hannah het aandurfde om een nieuw boek over Hercule Poirot te schrijven. Deze Belgische detective met zijn prachtige snor en zijn superieure 'grijze celletjes' is wereldberoemd en immens populair.
Nog meer is het een compliment waard dat Sophie Hannah dit karakter van The Queen of Crime weer tot leven laat komen op een manier die past bij de Poirot die we kennen. Maar er tegelijkertijd toch ook een eigen tintje aan heeft gegeven. Het is echt Poirot waar je over leest maar het is geen kopie. Gelukkig maar want er is en blijft tenslotte maar één echte Agatha Christie .
Poirot is ijdel, overtuigd van zijn eigen kunnen en als lezer herken je hem uit de gelezen boeken. Maar hij heeft ook iets bijna ondefinieerbaars anders, waardoor de auteur zich dit personage ook eigen maakt. Dit geeft mogelijkheden voor meer boeken over Poirot. Ik wil ze zeker lezen. Het is zoiets als "oud en vertrouwd in een nieuw aantrekkelijk jasje".
De monogram Moorden
Poirot logeert in een pension omdat hij aan rust toe is. Daar heeft hij vriendschap gesloten met een medebewoner, de jonge inspecteur van Scotland Yard, Edward Catchpool.
Edward onderzoekt de drie moorden in het hotel en vraagt Poirot om hulp. Hoewel hij eigenlijk geen nieuwe zaak wilde aannemen besluit Poirot om zijn vriend te helpen. Bovendien is hij er van overtuigd dat Jenny iets met deze moorden te maken heeft en is hij nieuwsgierig geworden.
En zo komt de samenwerking tussen deze twee zo verschillende mannen tot stand. Het is leuk om over deze twee personages te lezen. Poirot stelt zich op als leermeester van de onervaren Edward. Hoewel Edward dat zeer kan waarderen weet Poirot hem regelmatig op zijn zenuwen te werken. Hij gaat er zelfs even aan twijfelen of de detective werkelijk zo briljant is.
Samen duiken ze in het verleden van de slachtoffers om hun moordenaar te vinden. Als lezer is het heerlijk om mee te denken en te puzzelen met de aanwijzingen die gevonden worden.
Vakkundig weet de auteur je door het heden en verleden te sturen, waarbij ze ondertussen steeds meer informatie geeft. Genoeg informatie om vermoedens te krijgen maar niet genoeg om er achter te komen wie de moordenaar is. Net als in de vorige boeken weet Poirot natuurlijk meer als de lezer en Edward. En op zijn geheel eigen en uitvoerige wijze doet hij uiteindelijk uit de doeken hoe, waarom en door wie de slachtoffers zijn vermoord. Het is een ingewikkeld plot dat echt in de stijl van Agatha Christie past. En waarbij nog de nodige verrassingen en wendingen aan te pas komen voordat alles duidelijk is.
Een vlot en goed geschreven verhaal dat zich wat mij betreft een waardig eerbetoon aan Agatha Christie heeft neergezet.